Aardbeienijs

IMG_0797 Toeval brengt soms geluk. Zo was dat maandagavond ook het geval. Ik liep vanaf de tram naar huis, na een studiereis, met een omweg naar een frituur omdat ik toch iets moest eten, geen zin had om in de keuken te staan, en ach, wat maakt die ene avond ongezond eten nog uit, na alle ladingen die in Thüringen genuttigd waren, niets. Dus liep ik langs een route die ik nooit loop en kwam daardoor voorbij een kringloopwinkel. Mijn oog viel direct op een ouderwetse ijsmachine (zonder stekker) die in de etalge stond te wachten. Winkel dicht, pas de volgende ochtend om 10 uur open. Ik wist dus direct dat ik ruim voor openingstijd op ‘wacht’ zou staan. En zo geschiedde, de volgende dag was ik om 10 voor 10 de trotse eigenaar van een ijsmaker uit de jaren stilletjes.
Zoiets moet natuurlijk direct uitgeprobeerd worden, dus trommelde ik wat eters op, zodat dat het ijs niet allemaal in eigen buik ging. zelfs met drie eters, belandde het merendeel in bakjes voor later.

Voor het ijs gebruikte ik het Geïllustreerd Kookboek van A. Simonsz uit 1905-1910.
Het hoofdstuk over ijs begint met de uitleg van de werking van de ijsmachine. Nu is deze zo eenvoudig in gebruik dat verdere uitleg niet echt nodig is. Maar de informatie over de duur van het draaien en het vriezen was wel weer zeer handig.
IMG_0801
Omdat ik vanille-ijs al een keer had gemaakt, koos ik dit keer voor aardbeienijs:
1 liter aardbeien, 200 gram suiker, 1 liter slagroom, 50 gram poedersuiker, 2 eiwitten.

De vruchten worden gewassen, bestrooit met de suiker en in een waterbad een weinig verwarmd (> een waterbad klinkt als ‘veel water’, maar omdat het moet bevriezen leek me dat niet zo handig, dus nam ik ruim 50 ml water, wat waarschijnlijk toch te veel is, er komt ook heel wat water uit de beien zelf!). Als de suiker gesmolten is, worden de vruchten door een paardenharen zeef gewreven. De room wordt met de poedersuiker en de eiwitten stijf geklopt, daarna vermengd met het vruchtenmoes en in de ijsbus gedaan om te bevriezen.

IMG_1276 IMG_0800

Kind kan de was doen. Gelukkig is de ijsbus heel groot, want het is een enorme hoeveelheid. In de emmer gingen maar liefst 2 zakken ijsblokjes die wat fijner waren gestampt. Zout erbij en draaien maar, 15 tot 30 minuten. Voor de volgende keer weet ik dat ik meer zout moet gebruiken en een extra zak ijsblokjes moet hebben. Het bovenste deel van het aardbeien ijs was nog niet voldoende bevroren omdat het ijsniveau gezakt was.
Maar lekker….. hmmmmmmmmmmmmmm

Eieren verven op z’n 19de eeuws

Toen ik een klein meisjes was, verfden wij natuurlijk met Pasen eieren. Maar nooit met een stift. Mijn moeder diepte allerhande schalen en komen op. Daar in werden verfbadjes gemaakt, van wat weet ik eigenlijk niet. En de eieren lagen een tijdje te weken in de kleur. Hoe ging dat eieren verven vroeger?

Uit: De Hedendaagsche kookkunst van Maria Haezebroek

Groen:
 Men neme voor de groene kleur het sap der bloemen van het schelkruid en een weinig aluin. of men binde op de eieren de bladeren van duizendblad en late ze daarmede koken, waardoor de eieren zeer fraai gekleurd worden.

Rood: 
Voor de rode kleur bezig men fernambukhout, azijn en weinig aluin,d at men zoo lang kookt totdat er een fraaie roode vloeistof ontstaan is. Men legge en koke de eieren daarin . Wanneer men ze er uitneemt, besmere men ze met boter en wrijve ze dan met een doek weder af.

Blauw:
 Voor de blauwe kleur koke men campechehout in water en behandel de eieren zooals bij de roode kleur is opgegeven.

Violetbruin:
 Voor violetbruinekleur koke men fernambukbhout, zooals boven is opgegeven, waarbij men een weinig gewone loog voegt.

Geel:
 Voor de gele kleur koke men de buitenste bruine schillen van uien in water, waarin volgens de eieren gekookt worden.

Om eieren bont te kleuren ga men op de volgende wijze te werk: men knipt van de bruine schillen van uien sterretjes en andere kleine figuren en plakke die op het ei; die teekeningen worden geel; op andere plaatsen plekken men plaatjes van donkerroode populierboomen, die een groene kleur geven; vervolgens stukjes braziliehout om roode plekken te doen ontstaan op andere plaatsen weder stukjes kogellak voor de blauwe kleur. Het aldus toebereide ei wordt met een boekje omwonden, dat met een draad bevestigd wordt en koke het aldus. Daarna verwijderd men alles van de schaal en wrijft het ei met boter of spekzwoerd.

Om eieren bont te marmeren omwinde men z met allerlei bonte zijde, winde er een doekje om en koke ze in aluinwater.

Om op geverfde eieren letters en teekeningen te brengen, doope men een ganzepen in sterk water en schrijve er teekene daarmede op het gekleurde ei.

Gehaktpastei van de Dames Ankersmit uit 1897

Ankersmit-dames-De-Praktische-Kookkunst-1897-743x1024Ook al hou ik heel erg van koken, er kunnen weken voorbij gaan dat ik nauwelijks in de keuken sta. En dan ineens had ik vandaag een onbedwingbare behoefte om een pastei te bakken. Aangewakkerd door een tocht om een cadeautje vinden voor de verjaardag van mijn schoonzus, belandde ik vanochtend een fijne kookwinkel in de Passage. Mijn oog werd getrokken door een boek Pastei & Paté. recepten van het Franse land van Stéphane Reynaud. dat gevoel wel bedwongen: boek niet gekocht. Maar wat een schitterende en lekkere pasteien staan daar in.
Bovendien zal ik dit jaar enkele feestdiners verzorgen en is het wel verstandig om weer eens te oefenen. En zo toog ik met cadeaus en een broodrooster weer naar huis, om een boodschappenlijstje te maken om vervolgens naar slager en de supermarkt te gaan.
Enige tijd geleden had ik een mooi kookwinkel te Amersfoort een ‘ontluchter’ voor pasteien en andere gebakken gekocht. Die wilde ik ook wel eens uitproberen….

Recept: Gehaktpastei
Koud waterdeeg van 500 gr. bloem, 250 gr. kalfsvleesch, 250 gr. rundvleesch, 250 gr. varkensvleesch, 25 gr. versch spek, 20 gr. zout, 4 eieren, nootmuskaat en peper, eenige takjes dragon en pimpernel, 2 sjalotjes, 75 gr. oud brood zonder korsten, 1dL. witte wijn, 15 gr. boter, bruine piquante saus.

foto-764x1024Maal het vleesch met het spek door een vleeschmolen; fruit de fijngesneden sjalotten in boter lichtbruin; maal het brood eveneens fijn door en amandelmolen, vermeng het met den wijn, de geheele eieren, zout, nootmuskaat, peper, gehakte dragon en pimpernel, gefruite sjalotten en het gemalen vleesch; werk het goed oor elkaar dat het een gelijke massa wordt.
Wrijf een springvorm in met boter, rol het deeg uit en bekleed er de vorm mee, plaats er het gehakt in, leg er een deksel van deeg op; maak een lange rol van deeg, een vingerdik, en leg ze rondom de vorm; bestrijk het geheel met geklopt ei, steek eenige figuren van deeg uit, b.v. bladeren, ringen, enz,. leg deze bovenop en bestrijk ze eveneens met ei; maak in het deksel van de pastei twee insnijdingen, plaats ze in een heeten oven en laat ze 1 1/2 uur bakken; als ze voor die tijd al bruin is, dek dan een met boter ingewreven papier er op. Presenteer er een piquante saus bij.

De pimpernel zit er niet in: ‘even niet voorhanden’ ;-).

De Dames Ankersmit gaven kookcursussen, en het leuke is dat voor in het kookboek allerlei aanbevelingen van de deelnemers staan. C.J. van Geluk (wat een schitterende naam, met deze persoon moet het wel goed komen) verklaart ‘gaarne’ dat ze van de Dames nuttig en praktisch heeft leren koken.
Deze kookleraressen bleven niet op een plek, uit de aanbevelingen blijkt dat ze op verschillende locaties les gaven, onder andere in Deventer en Breda. Daarnaast gaven ze ook knipcursussen.

De lessen werden met veel ijver en lust gegeven, aldus Mevrouw Royer-Viruly te Zwolle. Ook mevrouw C. de VOs van Steenwijk van Nes van Meerkerk is het geheel met alle lof eens.
De kookcursussen werden door niet de eerste de beste gevolgd, blijkt alleen al uit de namen van de dames (Freule De Geer, Douairière van Pallandt-Nobel, Freule Bentinck). Het wordt bevestigd door de Consul-Generaal der Nederlanden te Antwerpen, Jac de Kuijper. Hij schrijft: ‘(….) dat uit de overlegde getuigschriften hem gebreken is, dat de Dames Ankersmit aan vele Dames uit de eerste kringen, tot dezer groote tevredenheid, onderricht gegeven hebben in Maatknippen, Kookkunst enz., en dat naar zijn meening genoemde Dames Ankersmit daarover alle aanbeveling verdienen.’

Zo! Aardig compliment in the pocket! Nu word ik wel heel nieuwsgierig naar de gehaktpastei, maar ik moet nog even wachten hij moet nog zeker een half uur….

foto-1-1024x764
Ach mijn varkentje verdrinkt, misschien iets had ik er minder wijn in moeten doen….
Meer foto’s volgen nog wanneer de pastei uit de vorm is!

foto-11-764x1024PS Gisteravond stond ik in een andere keuken nog een sausje te maken voor bij de pastei. Een sausje kan de gehaktpastei wel gebruiken. En dat was lekker een bruine pikante saus, met madeira. Met familie hebben we vandaag het restant opgegeten!
De kalfspastei uit het Nationaal Kookboek vind ik lekkerder. Toegegeven: ik heb het zout achterwege gelaten, en dat had ik beter niet kunnen dien. Misschien wordt de pimpernel wel écht gemist. Ik weet niet hoe dat smaakt.